Haviltex-norm bepalend bij uitleg offerte administratiekantoor

Een Nederlandse bv verkoopt artikelen aan particulieren in de EU. De bv schakelt een adviesbureau in om de btw-registratie en aangiften btw in verschillende EU-landen te verzorgen. Vervolgens ontstond een geschil over de facturen van het adviesbureau. De bv weigerde een deel daarvan te betalen. De rechtbank moest oordelen over de vraag of de bv de facturen dient te betalen.

Feiten

De bv heeft altijd Nederlandse btw gefactureerd aan haar EU-klanten. In juli 2020 eiste de Belgische belastingdienst inzicht in de verkopen over 2016-2019, omdat de drempel voor afstandsverkopen vermoedelijk was overschreden. Na zelf een Belgisch btw-nummer te hebben aangevraagd, benadert de bv het adviesbureau voor verdere ondersteuning. De offerte vermeldt vaste tarieven: € 750 eenmalig per land voor de btw-registratie en € 150 per maand per land voor de btw-aangiften, met 15% korting indien alle registraties via het adviesbureau verlopen. Na akkoord verzorgt het adviesbureau de registratie van de bv in Spanje, Duitsland, Oostenrijk en Italië. Als gevolg van de registraties moeten alsnog aangiften over de voorafgaande vier tot vijf jaar worden ingediend. Het adviesbureau stuurt voor deze werkzaamheden facturen, die de bv weigert te betalen. Volgens de bv geldt het maandtarief alleen voor perioden na de registratie en vallen de aangiften over de periode voor de registratie onder het eenmalige registratietarief. Ook klaagt de bv over gebrekkige communicatie bij de bezwaarprocedures tegen de opgelegde boetes en het niet toepassen van de korting.

Oordeel van de rechtbank

De rechtbank past de Haviltex-norm toe bij de uitleg van een overeenkomst. Het gaat niet alleen om een taalkundige uitleg, maar ook om wat partijen redelijkerwijs van elkaar mogen verwachten. Volgens de rechtbank kon de bv niet redelijkerwijs verwachten dat btw-aangiften voor tijdvakken vóór registratie waren inbegrepen in het eenmalige tarief van € 750. De offerte bevat geen aanknopingspunt voor die uitleg. De rechtbank overweegt dat de bv, als 30 jaar actieve onderneming, verondersteld mag worden bekend te zijn met btw-aangifteverplichtingen. Aan de voorwaarde voor 15% korting (alle registraties via het adviesbureau) is niet voldaan. De oorzaak van de boetes ligt bij de bv zelf, aangezien zij haar fiscale verplichtingen niet tijdig is nagekomen. De rechtbank wijst de vordering van het adviesbureau grotendeels toe (€ 20.280 plus rente en € 977,80 buitengerechtelijke kosten), na correctie van één te hoge factuur. De reconventionele vorderingen van de bv worden afgewezen.

Conclusie

Deze uitspraak illustreert hoe de Haviltex-norm de uitleg van contracten bepaalt. De rechtbank kijkt niet alleen naar de letterlijke tekst, maar ook naar wat redelijkerwijs verwacht mag worden.

Bron:Rechtbank Noord-Holland| jurisprudentie| ECLI:NL:RBNHO:2025:1951| 25-02-2025

Actualiteiten

Wel of geen btw bij kortstondig verhuren voor verkoop?

Wel of geen btw bij kortstondig verhuren voor verkoop?

Bij overdracht van een onderneming of een zelfstandig deel daarvan hoeft geen btw te worden berekend. Steeds meer projectontwikkelaars verhuren daarom nieuwbouw kort voor verkoop en stellen dat zij een onderneming overdragen. Maar geldt dit ook als

Lees meer
Rente op terugbetaalde gouden handdruk aftrekbaar

Rente op terugbetaalde gouden handdruk aftrekbaar

Een werknemer moet na jarenlange procedures zijn gouden handdruk van € 750.000 terugbetalen, plus € 202.000 wettelijke rente. De Belastingdienst weigert de aftrek van die rente. Het hof oordeelt dat de rente wél aftrekbaar is als negatief loon. Van

Lees meer
Premiepercentages en maximum premieloon 2026

Premiepercentages en maximum premieloon 2026

De minister van SZW heeft de premiepercentages voor de sociale verzekeringen en het maximum premieloon voor 2026 vastgesteld.Verzekering20252026 AOW 17,9% 17,9% Anw 0,1% 0,1% Awf, lage premie 2,74% 2,74% Awf, hoge premie 7,74% 7,74%

Lees meer