Wanneer ontstaat door verbouwing een nieuw gebouw?

Bij de verkrijging van een in Nederland gelegen onroerende zaak is in beginsel overdrachtsbelasting verschuldigd. Er geldt een vrijstelling van overdrachtsbelasting voor het geval de verkrijging plaatsvindt krachtens een met omzetbelasting belaste levering. Daarvan is sprake bij de levering van een nieuw gebouw. Door verbouwing van een bestaand gebouw kan een nieuw gebouw ontstaan. De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft aan de Hoge Raad de vraag voorgelegd aan de hand van welke criteria moet worden beoordeeld of door verbouwing een nieuwe onroerende zaak is ontstaan. Is dat op grond van:

  • wijzigingen in de bouwkundige identiteit of de uiterlijke herkenbaarheid;
  • wijzigingen in de bouwkundige constructie;
  • wijzigingen in functie in de zin van aanwendingsmogelijkheden;
  • de grootte van de gedane investeringen en/of de door verbouwing gerealiseerde meerwaarde; of
  • (mede) aan de hand van andere criteria?

In de Wet op de omzetbelasting is bepaald dat de ingebruikneming na verbouwing van een gebouw wordt aangemerkt als eerste ingebruikneming wanneer door de verbouwing een nieuw gebouw is ontstaan. In dat geval is de levering van het verbouwde gebouw vóór, op of uiterlijk twee jaren na het tijdstip van die ingebruikneming na de verbouwing van rechtswege belast met omzetbelasting. Het resultaat van de verbouwing moet op één lijn kunnen worden gesteld met een nieuw gebouw.

Volgens de Hoge Raad moet worden vastgesteld wat er in bouwkundig opzicht met het bestaande gebouw is gebeurd. Alleen wijzigingen in de bouwkundige constructie kunnen de conclusie rechtvaardigen dat een verbouwing zo ingrijpend is geweest dat daardoor in wezen een nieuw gebouw is ontstaan. Dat is niet snel aan de orde en moet aan de hand van omstandigheden worden vastgesteld.

Bron:Hoge Raad| jurisprudentie| ECLINLHR20221577, | 03-11-2022

Actualiteiten

Kamervragen set-aside-regeling en landbouwvrijstelling

Kamervragen set-aside-regeling en landbouwvrijstelling

De staatssecretaris van Financiën heeft nadere Kamervragen beantwoord over de set-asideregeling en de landbouwvrijstelling door boeren die landbouwgrond hebben omgezet in bos. Op grond van de set-asideregeling werd subsidie verleend voor de aanleg

Lees meer
24-weken-eis asielzoekers onderuit gehaald

24-weken-eis asielzoekers onderuit gehaald

In de Wet arbeid vreemdelingen is geregeld dat asielzoekers maximaal 24 weken in een periode van 52 weken mogen werken. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft onlangs geoordeeld dat deze zogeheten 24-weken-eis in strijd is met de

Lees meer